10min
20min
30min
Een rijstkoker is ideaal als je veel rijst eet. De rijst is niet per se sneller klaar, maar je hebt er nadat je het opzet helemaal geen omkijken meer naar. Nog een voordeel: als je de juiste verhouding rijst/water gebruikt is je rijst altijd perfect. En je hoeft het niet eens bij rijst te houden. Niemand houd je tegen om meer ingrediënten mee te koken met de rijst, zoals in dit recept voor kimchirijst met oesterzwammen en taugé uit het “Basisboek Korea ↗️” van Caroline Hwang. Hoe enthousiast ik ook over de rijstkoker ben: dit gerecht is ook prima in een pan te bereiden.
De gochugaru is een wat moeilijker te krijgen ingrediënt, en alleen op internet of bij te toko te koop. Eventueel kun je deze vervangen door andere chilivlokken, maar dit verandert de smaak wel. Proef ook goed hoe pittig het wordt, want de pittigheid verschilt nog wel eens tussen chilivlokken. Als je niet zo van pittig houdt kun je ze ook weglaten. Ga je wel naar de toko? Neem dan meteen een pot kimchi mee, want die is vaak lekkerder dan die van de supermarkt. Let op: lang niet alle kimchi is vegan - de meeste bevatten iets van vissaus.
Met gochugaru en kimchi in huis is het recept verder ontzettend simpel. Terwijl de rijst in de rijstkoker zit maak je de dipsaus. Daarna hoef je alleen nog maar te wachten tot het klaar is.
voor 4 personen
Doe alle ingrediënten voor de rijst in een rijstkoker. Roer even door en zet de rijstkoker aan. Heb je geen rijstkoker? Doe de ingrediënten dan in een pan en zet op het vuur. Laat 20 minuten zachtjes koken
Meng de ingrediënten voor de saus in een kommetje door elkaar
Serveer de rijst met de saus